Zaak 18 (1937, Ronse)

(Emma Devos)

In een arbeidersbuurt van Ronse werd in 1937 door een alleenstaande vrouw een herberg uitgebaat in een rijhuis, bouwjaar 1933. Het is niet geweten of de bewoonster het rijhuis, dat bestond uit drie bouwlagen, deelde met medebewoners. 

Op twee foto’s van het gerechtelijk dossier is het herberginterieur te zien, zich situerend op het gelijkvloers in het voorste gedeelte van het huis. De tegelvloer bestaat uit twee verschillende patronen: de linkse die de looprichting van a.h.w. een hal suggereert (zie ref.) en de rechtse die meer de plaats van de herberg betrekt. Het behangpapier (zie ref.), een ontwerp uit ca. 1920 in art-deco-vormgeving, werd teruggevonden met oranje en blauwe tinten. Wel moet gezegd dat meerdere kleurencombinaties voor een ontwerp niet uitgesloten waren. Het onderste gedeelte van de muren zijn afgewerkt met een plint en lambrisering. Daarnaast is op de gerechtelijke foto’s nog het volgende te ontdekken: de houten toog met dienblad en glazen, halve gordijntjes aan de vensters, een vermoedelijk rolluiklint in de chambrant rond het venster, cafétafels, stoelen (o.a. van het meubelbedrijf Thonet) en een dartboard van het sigarettenmerk St.-Michel (zie ref.). Rechts van de voordeur is een klein deurtje te ontdekken, deze zou een zekeringkast kunnen zijn en zo duiden op aanwezigheid van elektriciteit. 

Op de plattegrond in de herbergzaal zijn twee schouwen getekend, waarvoor vermoedelijk een stoof voor stond (echter niet getekend op de plattegrond) ter verwarming van de ruimte. 
Achter de herbergzaal bevonden zich de gang en trap, die de bewoonster gebruikte om naar de keuken (met o.a. een keuken-en gasvuur en een pompsteen) en haar privé-vertrekken te gaan. Doordat de wc zich op de koer achteraan het perceel bevond, werd ook door de cafébezoekers gebruik gemaakt van de gang en de koer. Op de koer stond een pomp, wat doet vermoeden dat het huis nog niet beschikte over leidingwater. 

Beelden plaats delict

Referentiebeelden

Case op de kaart