Oudste toponiemen uit het Sint-Baafsarchief

Intro

In deze archiefopdracht hebben wij gewerkt rond de oudste vermeldingen van Dendermonde in het Sint-Baafsfonds. Meer specifiek hebben wij ons toegespitst op drie oorkonden uit de twaalfde eeuw.  Deze oorkonden vermelden Dendermonde steeds als titel eerder dan als plaats. We zullen deze digitale tentoonstelling beginnen met een korte uitleg van ons werkproces en de middelen die we geraadpleegd hebben. Daarna zullen we de oorkonden zelf in meer detail voorstellen, en nemen we ook de zegels (indien deze aanwezig waren) onder de loep. Ook geven we een woordje uitleg over relevante actoren in elke oorkonde.

Werkproces

We zijn aan deze opdracht begonnen in de databank van het toponymisch en antroponymisch woordenboek van Maurits Gysseling. Dit werk, gebaseerd op het onderzoek van Gysseling uit de jaren ’40 en ’50, is een filologisch standaardwerk voor de oudneerlandistiek, de oudromanistiek, de mediëvistiek en toponymie van de Nederlanden. Het corpus bevat enkele honderdduizenden naamattestaties en biedt dus heel wat onderzoeksmogelijkheden voor verschillende takken in de wetenschap. Concreet bevat de databank nagenoeg alle vermeldingen van persoons- en plaatsnamen uit de historische Nederlanden (inclusief Noord-Frankrijk en West-Duitsland) van de achtste tot de dertiende eeuw.

Langs het tab van het Gentse Rijksarchief zijn wij terechtgekomen bij het Sint-Baafsfonds. Hierin konden we een oplijsting vinden van wel 424 toponymische attestaties, waaronder vier van Dendermonde. Hiermee zijn wij vervolgens naar een andere databank getrokken, namelijk Diplomata Belgica (DiBe). Deze databank bevat uitgegeven en onuitgegeven oorkonden voor de Zuidelijke Nederlanden zoals deze er uit zagen in de middeleeuwen. In de databank hebben wij vervolgens de attestaties van Dendermonde ingegeven, en gezocht naar oorkonden die overeenkwamen met de jaren vermeld in het woordenboek van Gysseling. Op deze manier konden we vier oorkonden terugvinden waarbij de Sint-Baafsabdij een benificiaris was. Uit praktische redenen hebben we gekozen slechts drie van de oorkonden te behandelen.

Op DiBe konden we heel wat informatie vinden, gaande van de actoren en datering, tot een volledige transcriptie en foto van de oorkonden. Ook vonden we hier terug waar de oorkonden al uitgegeven waren, hetgeen ons kon helpen voor een verdere analyse van de werken.

Onze tocht ging verder met een uitstap naar het Gentse Rijksarchief in de Bagattenstraat. Hier konden we onze oorkonden in het echt bekijken, en enkele nieuwe aspecten ontdekken. Het voornaamste was dat we de achterkant konden bekijken. Hierop waren enkele interessante annotaties of dorsalen terug te vinden, die te situeren waren in verschillende tijdsperioden. Sommige hiervan waren slechts één of enkele woorden, en waren in de meerderheid van de gevallen voor archivale redenen bijgevoegd. Daarnaast konden we ook de zegels in meer detail bekijken, aangezien er niet voor elke oorkonde een foto van het zegel online beschikbaar was.

Oorkonden & hun zegels

Hieronder zullen we de oorkonden bespreken in volgorde van datering, beginnend met de oudste. Eerst nog een korte uitleg van enkele termen die gebruikt zullen worden bij het beschrijven van de teksten. Een oorkonde wordt uitgegeven door een oorkonder, de persoon in wiens naam het document vervaardigd is. Deze persoon geeft ook rechtsgeldigheid aan het document door een waarmerk, in de hier besproken gevallen met een oplijsting van getuigen en een zegel. Daarnaast is er ook de disposant, de persoon of instelling die een rechtshandeling stelt. Deze kan dezelfde zijn als de oorkonder, maar dat is niet altijd het geval. Tot slot is er nog de benificiaris, de persoon of instelling die een voordeel haalt uit de rechtshandeling.

Oorkonde 1: Godfried I aan Wulverik

Beginnen doen we met een korte uitleg van de inhoud van de oorkonde. Godfried I ‘met de Baard’, hertog van Neder-Lotharingen, stelde deze oorkonde op in 1130. Op verzoek van abt Wulverik en het convent van de Sint-Baafsabdij in Gent, verleende hij het abdijhof in Bettegem tolvrijdom in Brussel en in het gehele hertogdom. Godfried was hier dus zowel de auteur als de disposant, terwijl Wulverik en het convent de benificiarissen waren.

De oorkonde is geschreven in het Latijn op perkament, en was oorspronkelijk bijgevoegd met een zegel van Godfried dat ondertussen verloren is. Wel is er een tekening van het zegel, waardoor we weten hoe het zegel er uit zag.  Het was een ruiterzegel van Godfried waarop hij met een lans en een speer te zien is, en in de legende (de omliggende tekst) staat het volgende: “Sigilvm Godefridi: Gra de dvcis Lotgeringie,” oftewel “zegel van Godfried: bij gratie Gods hertog van Lotharingen.” Op de achterkant van de oorkonde staan dorsale annotaties van drie handen, uit de dertiende, veertiende en achttiende eeuw.

De hier vermelde Godfried (1063-1139) was naast hertog van Neder-Lotharingen ook graaf van Leuven, en de grondlegger van het later hertogdom Brabant. Dendermonde wordt in deze oorkonde geschreven als ‘Teneramunda’, en verwijst naar een getuige genaamd Daniël van Dendermonde.  

Oorkonde 2: Walter II aan Arnold & Sint-Baafsabdij

Een korte samenvatting van de oorkonde gaat als volgt: Walter II, heer van Dendermonde, bekrachtigt de ruil door zijn leenman Arnold van Evergem met de Sint-Baafsabdij uit Gent van een tiende in Boterzande (welke bevrijd wordt van leenrechten), tegen een tiende in Evergem en 40 gemet land in Aandijk (welke gefeodaliseerd worden). In deze oorkonde is Walter II dus de oorkonder en disposant, en zijn Arnold en de Sint-Baafsabdij benificiarissen. De datum van de oorkonde is niet zeker, de schattingen vallen tussen 1157 en 1191.

Ook deze oorkonde was in het Latijn, en neergeschreven op perkament. Op de achterkant zijn dorsale annotaties van vijf handen te vinden, uit de dertiende, viertiende, achttiende en twee uit de negentiende eeuw. Daarnaast was er ook een zegel toegevoegd aan de oorkonde, dat er nog steeds aanhangt. Het gaat om een ruiterzegel van Walter II, waar hij gehelmd op te zien is met een schild in zijn linkerhand en een zwaard in het andere. De legende van het zegel leest als volgt: “Sigill Walteri de Tenremunde,” oftewel “zegel van Walter van Dendermonde.” Het zegel hangt aan de oorkonde met een perkamenten staart. Een kleine opmerking over de schrijfwijze van Dendermonde op het zegel: deze verschilt van de schrijfwijze die te vinden is in de oorkonde zelf, namelijk ‘Tenremundis.”

Wie was Walter II van Dendermonde (? – gestorven voor 1194) nu eigenlijk? In de eerste plaats was hij, zoals de oorkonde ons vertelt, heer van Dendermonde. Maar daarnaast had hij ook nog de titel van pair van Vlaanderen. Pairs waren de hoofdleenmannen van de graaf van Vlaanderen, die manschap hadden gedaan maar verder golden als zijn gelijken (pares). Ze vormden een raadgevend hof (curia) dat de graaf bijstond. Vanuit hun burchten verdedigden ze de grenzen van het graafschap. Walter speelde dus zeker een belangrijke rol in het graafschap. Daarbovenop was hij ook nog voogd van de Sint-Pietersabdij in Gent.

Oorkonde 3: Willem van Vrankendijk aan de Sint-Baafsabdij

De derde oorkonde kan beschreven worden als volgt: Filips, graaf van Vlaanderen en Vermandois, staat toe aan Willem van Vrankendijk om een stuk land genaamd Kloosterzande en Graauw, dat hij in leen van hem hield, over te dragen aan de Sint-Baafsabdij. In ruil hiervoor ontvangt Willem honderd gemet land gelegen in Vrankenisse. In deze oorkonde is Filips de oorkonder, aangezien hij degene is die het document rechtsgeldigheid geeft. De disposant is echter een ander persoon, namelijk Willem van Vrankendijk. Hij stelt een rechtshandeling tegenover de benificiaris, namelijk de Sint-Baafsabdij.

De oorkonde valt te dateren op het einde van het jaar 1170, en is opnieuw in het Latijn op perkament neergeschreven. Dorsale annotaties zijn te vinden op de achterkant, van maar liefst vijf verschillende handen, uit de twaalfde, dertiende, veertiende, zestiende en achttiende eeuw. De hand uit de achttiende eeuw is bij elke oorkonde die we behandeld hebben teruggevonden, en had telkens een korte samenvatting en archiefnummering aan het document toegevoegd.

Aan de oorkonde is een wassen zegel te vinden van Filips van de Elzas, aangevoegd met een staart van roodbruine zijde. Het betreft een ruiterzegel waarbij Filips te zien is met zwaard en schild. De legende van het zegel leest “Sigillvm […]lippi comitis Flandrie.” Op de achterkant is ook een tegenzegel te vinden, een kleiner zegel dat op de achterkant toegevoegd werd om als extra waarheidsbewijs te dienen. Hier gaat het om een kleiner ruiterzegel waarbij Filips in de tegenovergestelde richting rijdt dan op de voorkant. De legende hier leest “Et Viromandie.” Dendermonde komt in deze oorkonde voor als “Thenremunda,” en is de titel van één van de getuigen.

Filips van de Elzas (1142-1191) was één van de bekendste graven uit de geschiedenis van Vlaanderen. Hij regeerde van 1168 tot aan zijn dood, en was belangrijk vanwege de modernisering die hij op economisch en politiek vlak wist door te voeren, bijvoorbeeld in zijn stedelijk beleid. Ook op internationaal vlak speelde hij een rol, onder andere door zijn deelname aan de Derde Kruistocht (waarbij hij ook overleed tijdens de belegering van Akko).

Nog een klein woordje over Vrankendijk. Dit was een gebied dat vandaag in een natuurgebied op de grens van België en Zeeuws-Vlaanderen te vinden is, gekend als 'het verdronken land van Saefthinge.' Het was tot in de tweede helft van de zestiende eeuw een vruchtbaar gebied, maar tijdens de Tachtigjarige oorlog werden de laatste dijken die het gebied beschermden om strategische redenen vernield.

Kaart met relevante locaties

Hieronder kan je een kaart vinden met aangeduide gebieden die vermeld geweest zijn in de oorkonden.

Bibliografie

De Hemptinne, Therese, Adriaan Verhulst en Lieve De Mey. De oorkonden der graven van Vlaanderen (1128-1191). Regering van Filips van de Elzas (eerste deel: 1169-1177). Brussel: Koninklijke commissie voor Geschiedenis, 2001.

Moerman, Hendrik Jacob. Nederlandse plaatsnamen: een overzicht. Brussel: Standaard Boekhandel, 1956.

Nationaal biografisch woordenboek. Lemma: Filips van de Elzas, https://resources.huygens.knaw.nl/retroboeken/nbwv/#page=152&accessor=accessor_index&view=imagePane&size=968&source=4

Nationaal biografisch woordenboek. Lemma: Walter II van Dendermonde, https://resources.huygens.knaw.nl/retroboeken/nbwv/#page=140&accessor=accessor_index&view=imagePane&size=968&source=3

Vleeschouwers, C. De oorkonden van de Sint-Baafsabdij te Gent (819-1329).  2 vols. Brussel: Commission royale d'histoire, 1990.

Warlop, Ernest. The Flemish nobility before 1300. Kortrijk: G. Desmet-Huysman, 1976.